Ballroom dances:

Bij de ballroomdansen danst men als koppel met een strakke, rechte houding. De dame en heer staan met de rechter dij tegen elkaar aan, en naar voren of naar achter bewegen gebeurt 'vanuit' de dij. Met de armen vormen dame en heer een frame. Er is echter minder spanning aanwezig in de armen dan bij Latijnse dansen het geval is.

De Tango heeft een aangepaste houding ten opzichte van de andere ballroomdansen. Bij de tango zakken dame en heer een klein beetje door de knieën om zo 'dicht bij de grond te dansen'. Verder houdt de dame haar linkerhand vlak en houdt ze haar duim net onder de oksel van de heer. De rechterhand van de heer ligt lager en meer in het midden van de rug van de dame en de vingers van de rechterhand wijzen meer naar beneden.